Foyken Foykenszoon
Ook genaamd ''Foyken Foykensz van Wielesteijn''.
Foyken Foykenszoon was vanaf het jaar 1402 heer van Baardwijk, Waalwijk en Sprang.
Illustratie: het familiewapen van Foyken.
Zijn jonge jaren
Foyken wordt rond het jaar 1350 geboren te Warmond, Graafschap Holland, als zoon van Foyken Willemsz. van Teylingen en Katrijne Dirk Woutersdochter uten Broek. Het huis van zijn vader was gelegen direct ten noorden van kasteel Oud Teylingen / Lockhorst in Warmond.
In historische gegevens verschijnt Foyken ook af en toe als Foykijn, Foykyn, Foyke, Foytgen en Florens.
Hij had broers Willem Dirk en Floris, en zussen Femense, Margriet en één doodgeboren zus, maar ook verschillende jongere halfbroers en -zussen.
Als jongvolwassene verhuisde hij van Warmond naar het Land van Altena (ten oosten van Dordrecht), en trouwde met Mechteld (mogelijk Gerardsdr. van Egmond).
Hij had de volgende kinderen: zoon Hugo van Wielesteijn en dochters Christina van Wielesteijn, Aaf/Ave Foykensdr., Beatrijs Foykensdr., Baartrad /Baertrada Foykensdr en tenslotte Margriet van Waalwijk.
Van hoge standen tot lage dieptes
Foyken werd tussen 1382 en 1884 baljuw van Den Haag (een ambtenaar die tijdens het ancien régime de vorst vertegenwoordigde in landelijke gebieden en in sommige gevallen in steden.). Hij stapte in zijn laatste jaar als baljuw van Den Haag over naar baljuw van Delfland en Schieland, van 1384 tot 1386. Dit was het gebied gelegen tussen Den Haag, Gouda en Rotterdam.
Omstreeks 1390 was hij rentmeester voor Noord-Holland, toen hij een goede vertrouweling was geworden van diens graaf Willem VI van Holland. Maar dit kwam vlug ten eind. Want op 21 september 1392 werd Foyken betrokken bij de moord in Den Haag op Willem Cuser (±1365-1392) en de maîtresse van graaf Albert, Aleida van Poelgeest.
Warmond en de Kagerplassen in 1617.
De vader van Willem Cuser eiste voor de hertog wraak voor de dood van zijn zoon en klaagde 54 ridders en knapen aan, die samen met Willem van Oostervant, de zoon van hertog Albrecht, tot de moord zouden hebben samengespannen. Na hun veroordeling vluchtten de ridders, waaronder Foyken het land uit waarna de kastelen van negen hoofdschuldigen werden verwoest en hun landerijen geconfisqueerd. Foykens huis (dat hij van zijn vader had geërfd) in Warmond werd op gezag van de graaf afgebroken en hij werd verbannen uit het graafschap Holland.
In 1397 loste de graaf echter wel zijn meningsverschillen met Foyken op.
Vlucht naar Hertogdom Brabant
Bij het aanbreken van de 15e eeuw had Foyken zichzelf een gewenste plek weten te veroveren, namelijk als drossaard van Breda. Hij woonde in Den Haag vóór 1402, toen hij daar een stuk land van hem verkocht.
Rond 1402 vestigde Foyken zich in het Land van Altena (in het huidige Noord-Brabant) waar hij (en/of zijn vrouw) het beheer had over het onroerend goed. Hij woonde in 'Wielestein te Uppel onder Almkerk' in het hart van Altena.
In deze laatste periode, na 1407, werd hij heer van Baardwijk, Waalwijk en Sprang - locaties geclusterd ten noordoosten van Breda.
Omstreeks 1408 probeerde Foyken tevergeefs de rechtsgebieden rond Venloon te laten verleggen om deel te nemen aan de inning van turfscheepvaartgelden die aan anderen toekwamen. "Aangezien Foyken Foykenszoon, de heer van Waalwijk, de grens naar Venloon had uitgedaagd om toegang te krijgen tot een kanaal dat was gegraven voor turftransport …"
Toen Dirk van Haestrecht een executie eiste als machtsvertoning toonde Foyken openlijk rebellie tegen deze daden. In plaats van er zich iets van aan te trekken liet hij de nieuwe galg eenvoudig omhakken en de vaart ter plaatse gedeeltelijk dichtgooien. Daarmee beging hij strafbare feiten. Op een klacht daarover van Dirk van Haestrecht bij de hertog van Brabant zag de heer van Waalwijks zich natuurlijk in het ongelijk gesteld. Hij lapte dat echter allemaal aan zijn laars en ging gewoon met zijn vernielingen verder.
Daarop zond de hertog van Brabant de drossaert met een strafexpeditie naar Waalwijk, dat belegerd en ingenomen werd. Daar Waalwijk in Brabant lag, stelde de drossaert - namens de hertog - in Waalwijk nieuwe schout en schepenen aan, waarmee de vrede, zij het dan ook een gewapende, voorlopig getekend was.
Maar Foyken schijnt tijdig de benen te hebben genomen. Zijn onroerende goederen werden naar Den Bosch getransporteerd.
Het einde
In 1411, toen hij in de tachtig was, was Foyken tijdens een dispuut tussen Jan van Arkel en Willem van Biejeren betrokken bij een inval in Dordrecht, die verscheidene anderen het leven kostte.
Hijzelf stierf in 1412. Na zijn dood werden de bezittingen in het Land van Altena, die eerder door graaf Willem van Beieren in beslag waren genomen, terugverkocht aan zijn erfgenamen.
Bronnen:
-
Foyken Foykensz (Abt.1350-bef.1412) | WikiTree FREE Family Tree. (1350). https://www.wikitree.com/wiki/Foykensz-1
-
Wikipedia-bijdragers. (2023, 20 augustus). Willem Cuser (junior). Wikipedia. https://nl.wikipedia.org/wiki/Willem_Cuser_(junior)#:~:text=Willem%20Cuser%2C%20%C3%B3%C3%B3k%20Willem%20Cuser,werd%20vermoord%20door%20Hoekse%20edelen.
-
De strijd rond de turfvaart. (z.d.). https://www.beleven.org/verhaal/de_strijd_rond_de_turfvaart