Steen-, Brons- en IJzertijd

Gedurende de Steentijd was de Loonse en Drunense Duinen nog een uitgestrekt eikenmengbos waarin jagers en verzamelaars leefden. Hier kwam verandering in met de Brons- en IJzertijd, wanneer de eerste boeren begonnen met het platbranden van stukken bos voor gebruik als akkergrond. Het eikenbos veranderde langzaam in een heidevlakte, afgewisseld met overgebleven hakhoutbosjes.


Late Middeleeuwen

In de Late Middeleeuwen bedreven de Venloners inmiddels intensief akkerbouw op de heidevlakte. Zowel ’s winters als ’s zomers oogstten zij graan waardoor, in combinatie met de grazende schapen, de grond steeds schraler werd.

Ook omdat men in het westelijker gelegen Waalwijk en omstreken in dezelfde periode begon met het ontginnen van veen. Hierdoor klonk het veen in en zakte de bodem. Dit had consequenties voor het hoger gelegen Venloon: de regen die hier viel, stroomde onmiddellijk door naar het ingezakte Waalwijk. Zodoende was er sprake van een dubbele verschraling. Het is vanaf dit moment dat het stuifzand vrij spel begon te krijgen in de Loonse en Drunense Duinen.

De grote vraag is of het stuifzand de reden was dat de inwoners van Venloon hun dorp ontvluchtten. De legende van de Ses Boogscheuten Weeghs zegt van wel. Bedreigd door het stuifzand zouden de Venloners zes maal met pijl-en-boog hebben geschoten om te bepalen waar hun nieuwe kerk, die van Loon op Zand, zou moeten worden gebouwd. Alleen deze legende zegt niets over het feit dat de Venloners wel degelijk de strijd zijn aangegaan met het stuifzand.

De nu aan de kopse kant gelegen van de weide gelegen duin is de wal die de Venloners destijds opwierpen om hun dorp te beschermen tegen het stuifzand. Dergelijke wallen waren er wel meer in de Loonse en Drunense duinen, vaak werden zij beplant met eiken. De vraag is hoe effectief deze zandwallen waren.


Geraamtes uit Venloon 

Toen amateurarcheologen van de lokale heemkundekring in Loon op Zand in de jaren vijftig opgravingen deden op een weide liggend in de Loonse en Drunense Duinen stuitten zij op een lugubere vondst: onder het zand bevonden zich botten van mensen. Nu was het deze weide waar het vroegere dorpje Venloon lag, maar de archeologen hadden verwacht dat de geraamtes destijds meeverhuisden toen de bevolking in 1391 het dorpje verliet.

Toen stichtten de Venloners het enkele honderden meters verderop het zuidwestelijk gelegen Venloon op ’t Zant, later verbasterd tot Loon op Zand. Hier bouwden zij een nieuwe kerk, maar de graven van Venloon verhuisden dus niet mee naar deze kerk. Sterker, de oude kerk van Venloon bleef nog eeuwenlang staan. Pas in 1570 kregen de inwoners van Loon op Zand toestemming van de bisschop om de kerk te slopen.

 

Ontstaan in de late middeleeuwen, raasde het stuifzand tussen Venloon, Waalwijk en Drunen, terwijl het gehele buurtschappen opslokte.


De verplaatsing van de oost-westroute door de Loonse en Drunense Duinen in 1765. Vanaf dat jaar werd de weg gebruikt op de groene lijn, daarvoor het traject van de rode lijn. Brabants Erfgoed.


Westloon

Westloon is verlaten omdat de moderne landbouwmethoden het boeren daar niet meer rendabel maakte. het is niet overstoven met zand. 


Tijdens de Tweede Wereldoorlog

Op 26 mei 1944 werden 14 verzetsstrijders in de Drunense Duinen gefusilleerd, vlakbij restaurant Bosch en Duin. Zij behoorden tot drie verschillende verzetsgroepen, waaronder die uit Tilburg. Toch blijven de stoffelijke overschotten onvindbaar, mede door de zandverstuivingen waardoor duinen zich verplaatsen. In november 1944 zijn er pogingen gedaan om de lichamen te vinden. In januari 1976 hebben uitgebreide zoekacties plaatsgevonden door militairen met groot materieel. Rien Broeders en Henk Peters zetten de Commissie vermiste personen W.O. II op een nieuw spoor.

Op 21 maart 2013 heeft de Genie met grondradar gezocht op de plek, die Rien aangewezen had en vlakbij monument Bosch en Duin ligt. De radar gaf op die plek grondverschuivingen aan en heel de Nederlandse pers meldde dat er een massagraf ontdekt was. Maar helaas was dit bericht erg voorbarig en werden de 14 gefusilleerde verzetsmensen niet gevonden. Van de nabestaanden was DNA afgenomen en mochten de 14 in de toekomst alsnog gevonden worden, dan kan men hierdoor de juiste identiteit vaststellen.

 

De troepen van de 51e Highland Division trokken op 23 okt. 1944 als onderdeel van ''Operatie Pheasant'' in noordwestelijke richting om via Schijndel door te stoten richting Boxtel, Vught en Den Bosch. Binnen enkele dagen na de start van 'de Operatie werden de diverse plaatsen rond de Loonse en Drunense Duinen bevrijd.  Tijdens deze gevechten om de diverse gemeentes rond de Duinen, trokken de Duitse troepen zich langzaam terug naar het noorden achter de Maas. Zij verschansten zich bij hun aftocht ook in de bossen van de Loonse en Drunense Duinen en legden daar vele mijnen.

 

Het front lag tussen 27 en 30 oktober 1944 in Biezenmortel op de grens met Helvoirt, waarna het zich verplaatste naar de Distelberg. Toen zijn aan de Oude Bosschebaan en de Zandkant totaal zeven boerderijen door oorlogshandelingen verwoest. Dat gold ook voor de bekende horecagelegenheden Bosch en Duin, de Hooimijt (die ernaast stond en niet meer bestaat) en De Rustende Jager.

 

Tijdens de W.O.II hebben onderduikers zich ook in het huidige Nationale Park verborgen gehouden. Dat gold ook voor vele mannen die aan het eind van de oorlog loopgraven voor de Duitsers moesten aanleggen.



Aan het eind van de Tweede Wereldoorlog

De Duitsers hielden zich nog lang verborgen in de Loonse- en Drunense duinen, die in de laatste maanden van 1944 meter voor meter door de geallieerden zijn doorzocht. De Britten kamden het gebied meter voor meter uit om de Duitsers uit de bossen te verjagen. Daarbij vuurden zij vele salvo’s met mortiergranaten af. Gesneuvelde soldaten werden vaak aan de rand van de duinen in noodgraven begraven. De geallieerde soldaten werden vlak na de bevrijding herbegraven op het Britse ereveld (War Cemetery) in Bergen op Zoom.

De Poolse soldaat Pomorsky verloor hierbij het leven. Hoeveel Duitsers er zijn gevonden, hoeveel gevechten er hebben plaatsgehad en hoeveel doden er zijn begraven zullen we nooit weten.


Bommen en granaten

Na de oorlog werden nog vele handgranaten en mijnen in de duinen onschadelijk gemaakt. Desondanks kwam er nog een aantal burgers om door het ontploffen van mijnen en granaten. Ook nu nog wordt explosief materiaal gevonden en onschadelijk gemaakt.

Begin mei 2009 werd in de duinen een Engelse pantsergranaat van 40 cm. lang en met een doorsnede van tien centimeter door twee jongens gevonden, die hem mee naar huis namen. Het explosief was zwaar verroest en de ontstekingskop was afgebroken. Het projectiel werd in de directe omgeving tot ontploffing gebracht. De twee vinders mochten blij zijn, dat zij bij het vervoer van de granaat niet om het leven waren gekomen. Nog steeds worden explosieven onschadelijk gemaakt. Het parool luidt dan ook: Vind je granaatresten, blijf ervan af en waarschuw de politie.


Bronnen: